
We worden keihard ingemaakt. In de tweede helft is de motivatie ver te zoeken, de tegenpartij is een maatje te groot voor ons team. Op de bank proberen Niels en ik onze mental support over de meiden uit te storten. Ze zijn terecht gekomen in de negatieve spiraal die vaker voorkomt als ze achter staan; de scheids is slecht, de tegenstanders beuken, de coach schreeuwt te hard. Ik ben moe, de akoestiek in zo’n opblaashal is killing. Het is duidelijk niet te doen voor 12 en 14-jarigen om op hun eigen spel te reflecteren. Wanneer ze harde feedback hebben op een eigen teamgenoot is bij mij de maat vol. Ik sta op, kijk ze met boze ogen 1 voor 1 aan, wijs met een vinger en zeg dat ik geen enkel negatief woord meer over iemand wil horen vanaf deze bank! Direct zijn ze stil met hier en daar rollende ogen. Voldaan kijk ik Niels aan en ga naast hem zitten. Hij buigt zich naar de meiden toe en legt uit dat het beter is om naar het eigen spel te kijken, en dat we daar ook nog wel wat te winnen hebben. ‘Wat kunnen wij zelf beter doen?’ De meiden noemen een paar punten, en bij de volgende wissel staan ze energiek klaar om het veld in te rennen.
Ik verloor de verbinding met ze, doordat ik zelf geïrriteerd en moe was. Het begrenzen van het onaardig praten over de ander was een duidelijk kader, dat voeren we door in alle wedstrijden. Niels kon daarna de verbinding weer maken en ze helpen om naar zichzelf te kijken. Top samenspel, maar ideaal gezien doe je dit als teammanager tegelijkertijd: Streng liefhebben: duidelijkheid over welk gedrag wel en welk gedrag niet ok is, en verbinding maken op waar nog iets te leren of ontwikkelen is. Daardoor spreek je de intrinsieke motivatie van mensen aan. Ze hebben zo zelf regie op hoe ze ergens aan willen werken en voelen ruimte om te oefenen als ze het nog niet kunnen.
Leidinggeven aan het dagelijkse werk vraagt nabijheid van jou als teammanager: je bent in de buurt, maar zit er niet bovenop, je geeft richting, stimulans en vertrouwen, maar je spreekt ook aan als de verwachtingen over de kwaliteit van het werk of het gedrag anders zijn. Op een goede dag is de balans tussen ‘verbinden’ en ‘sturen’ optimaal, maar zo werkt het natuurlijk lang niet altijd (zie hierboven mijn voorbeeld).
Waar ligt jouw talent, en wat heb jij wellicht nog te ontwikkelen in het contact met jouw mensen? Wat is voor jou een uitdaging, echt verbinden en dichtbij mensen mogen komen? Of heldere richting en kader meegeven over wat je van mensen verwacht?